Historie

Boven Leen Mijnlieff 1836-1900), onder zijn eerste vrouw Neeltje Lans (1836-1865), de moeder van zijn twee zonen.

Boven Adriaan Marie Mijnlieff (1865-1915), onder zijn vrouw Greet Mijnlieff (1869-1960)

Op deze kaart van 1660 die in opdracht van het Hoogheemraadschap Schieland werd gemaakt , is de steenplaats nog ingetekend met één oven.

Bovenstaand kadastrale (1811-1832: minuutplan Nieuwerkerk op den IJssel, Zuid Holland, sectie C, blad 01) is de onderlegger voor onderstaande afbeelding, waar overheen transparant de situatie van 1963 zichtbaar maakt dat er sindsdien wel wat veranderd is. De oven links is nieuw en op de plaats van de oven rechts, stond toen nog een dubbele oven. De nog aanwezige dubbele oven is kennelijk verlengd.

In de topografische Atlas Zuid-Holland die rond 1900 verscheen staat Steenplaats Groot Hitland getekend. De dubbele oven is dan al vervangen door de grote huidige oven. De kleine oven boven rechts is er nog niet.

Villa van Adriaan Marie en Greet Mijnlieff aan de IJssel voor de brand (±1965 fotograaf onbekend)

Tijdlijn eigenaren

 

1644 Leen Thijszn Vranck is de eerste steenbakker en leenman van dit leen van ongeveer twee  hectare groot, dat viel onder hofstad Hontshol van de heren van Naaldwijk in het ambacht Nieuwerkerk

Leen is getrouwd met Marietje Gerritsdr Stolker, een boer van de ’s-Gravenweg.

1651 Marietje erft het na de dood van haar man. Hun zoon Mathijs Vranck is nog kind.

1661 In juni kopen Adriaan Jansz. Rook uit Ouderkerk en Arie Jansz Berkhouwer de steenplaats met huizen, ovens, loodsen, land en zellingen voor 5500 gulden van Marietje Stolker onder voorwaarde dat ze in het westelijke huis van de steenplaats mag blijven wonen voor acht gulden huur per jaar.

De mannen betalen in een keer 1500 gulden. De rest moet in 16 jaar worden afgelost tegen een rente van 3,5 procent.

1662 Arie Berkhouwer leent het belendend stuk erbij.

1680 Na de dood van Adriaan neemt zijn zoon Jan Rook de jonge, het leen van zijn vader over.

1703 Cornelis Arieszn en zijn oom Jan Cornelisz Berkhouwer erven het leen van Arie als die overlijdt.

1710 Jan Adriaansz Rook overlijdt, zijn weduwe Grietje Willems Vonck wordt de steenbakker.

1711 Grietje verhuurt haar deel voor tien jaar aan haar broer Jacob Willem Vonck die steenbakker wordt. Uit de overeenkomst blijkt dat ze ook zellingen in Ouderkerk heeft. 

Ze spreken af dat Jacob hun deel van de steenplaats voor 4000 gulden van de erven kan overnemen als Grietje overlijdt.

1714 Jacob Vonck wordt eigenaar van het deel van zijn zus.

1722 Jacobs dochter, Teuntje Vonck trouwt met Klaas Berkhouwer.

1738 Jacob Vonck overlijdt, zijn dochters Teuntje en Marijtje worden leenvrouwen van zijn deel. Klaas Berkhouwer krijgt het zeggenschap.

1744 Klaas Berkhouwer verkrijgt het leen van broer Cornelis en oom Jan  Berkhouwer en is steenbakker op de hele steenplaats

1750 Fop Mijnlieff van steenplaats Capelle Keten koopt het leen van Teuntje.

1762 Arij Fopszoon Mijnlieff wordt steenbakker op het leen van zijn vader.

1764 Arij Fopszoon Mijnlieff verkrijgt het leen van Klaas Berkhouwer.

1770 Arij Fopszoon krijgt ook het leen van zijn vader en is nu de enige leenman en steenbakker van de dubbele steenplaats.

±1800 Het feodale leenstelsel wordt afgeschaft, waardoor Arij eigenaar wordt van de steenplaats.

1806 Er staan twee ovens.

1816 Arie Mijnlieffs weduwe Maria Mijnlieff-Kooyman zet de zaak voort.

1840 Haar zoon Arij Arieszn Mijnlieff, tevens aannemer is, volgt haar op. Hij is getrouwd met Kaatje Visser. Hij vertrekt naar IJsselstein en begint daar een steenfabriek.

1861  Jacobus Ariesn, getrouwd met Maria Weggeman Guldemond en Leen Ariezn Mijnlieff, zetten de zaak voort. Jacobus heeft dan al vijf jaar een steenfabriek in Heteren, dus die liet de directie op Klein Hitland aan Leen over.

Leen trouwt dit jaar met de een jaar jongere Neeltje Maria, dochter van steenbakker Lans uit Capelle. Ze krijgen twee kinderen: Arie in 1863 en Adriaan Marie in 1865. Neeltje overlijdt een paar maanden na de geboorte van Adriaan.

1869 Leen hertrouwt met zijn volle nicht Cristina Margrita Mijnlieff van Kortenoord die de zorg van de jongens op zich neemt.

1876 Jacobus overlijdt in Renkum.

1881 Leen Mijnlieff gaat verder terwijl de erfgenamen van zijn oom delen in de winst.

Zijn zoon Adriaan Marie legt op 22 augustus de eerste steen van hun pachtboerderij de Batavier in de polder Dorrestein.

1884 Leen koopt de erven uit en laat vier nieuwe huizen bouwen op de steenplaats.

1885 Voor zijn inmiddels minderjarige zonen Arie en Adriaan Marie koopt hij de steenplaats De Spreeuwenhoek in Ouderkerk.

De steenplaats Klein-Hitland wordt dan al zelfstandig gerund door de negentienjarige Adriaan Marie, die de HBS met glans heeft afgemaakt, terwijl diens oudere broer Arie zich met de Spreeuwenhoek bezighoudt.

1893 De verloofde van Adriaan Marie, Margaretha Johanna Adriana (Greet) Mijnlieff, legt in maart de eerste steen van de buitendijkse villa 'Hitland'. Zij is een dochter van de Krimpense steenfabrikant Arie Cornelis Mijnlieff Fzn die Steenplaats Een met een rietmattenfabriek in Krimpen aan den IJssel heeft.

Kort daarna trouwt het stel.

Vader Leen woont inmiddels in het Spiegelhuis bij Kortenoord en laat de Hitlandselaan aanleggen.

1894 Leen begint een boterfabriek aan de ’s-Gravenweg.

1895 Adriaan Marie wordt liberaal gemeenteraadslid.

1900 Leen overlijdt in Amsterdam. Hij is 63 jaar geworden. Zijn zonen Arie en Adriaan Marie en erven de boterfabriek.

1910 Adriaan Marie is nog gemeenteraadslid en wordt ook hoogheemraad van Schieland.

1915 Adriaan Marie is 55 jaar als hij overlijdt. Zijn broer Arie van de Spreeuwenhoek, neemt de zaken waar voor Greet en haar kinderen. Adriaan Marie laat vier kinderen na: de oudste Leen is dan 21 jaar en student werktuigbouwkunde in Delft.

1920 Greets neefje Arie Cornelis Mijnlieff Fz die in Krimpen aan de Lek een brandstoffenhandel en leerlooierij heeft en de zoon is van Greets zus Neeltje Margaretha Mijnlieff, neemt de directie over van haar zwager Arie.

1938 De steenplaats gaat over op de aandeelhouders van N.V. Steen- en Rietmattenfabriek ‘Hitland’, die statutair in Krimpen aan den IJssel is gevestigd. Greets zoon Leonardus Fopbertus (Leen) Mijnlieff volgt zijn neef Arie Cornelis op als directeur.

1960 Greet wordt dik in de negentig en verkoopt kort voor haar dood pachtboerderij de Batavier aan de gemeente, die er een gemeentewerf van maakt. De steenplaats is dan nog in werking.

1964 De productie staakt dit jaar.

1966 Sluiting steenplaats

1970 Overname door Recreatiecentrum Hitland bv, van Cees Post, mede-eigenaar van Nieuwerkerkse distilleerderij De Keizer en eigenaar van veel horeca-gelegenheden in de regio. Zijn broer Coen wordt de directeur. De leegstaande markante villa bij de steenplaats, voorbestemd als restaurant, brandt dit jaar volledig uit. Vijf jaar lang stond de zwartgeblakerde ruïne naast een enorme kastanjeboom die de brand overleefde.

1975 De vier ovens vervallen snel. Ze worden Rijksmonument Steenovens Klein Hitland maar worden niet onderhouden.

1996 De grootste oven wordt gerestaureerd door Stichting Behoud Steenovens die de ovens van Post krijgen. Na de restauratie en herbouw van de turfschuren wordt deze stichting opgeheven en het Rijksmonument overgedragen aan de gemeente Nieuwerkerk aan den IJssel.

2009 De restauratie van het hele complex volgt in het kader van de schoonmaakoperatie van de Hollandsche IJssel, een turfschuur wordt in gebruik genomen door beeldhouwer Wilco van Hoogdalem.

2014 Stichting Steenovens Klein Hitland wordt opgericht om op zoek te gaan naar een nieuwe bestemming voor de ovens.

2016 Vrijwilligersprojectgroep HIJM ontwikkelt een ambitieus plan voor het complex, maar geeft na drie jaar op.

2019 Na overleg met de gemeente gaat de stichting zelf een herbestemming aan het complex  geven.

STEENOVENS ZIJN HOT!

Rijksmonument steenovens Klein Hitland maakte deel uit van de voormalige steenplaats Hitland.

Het was de laatste ijsselsteenbakkerij aan de Hollandsche IJssel die in 1964 de ovens doofde.